Listen to the AudioBook: De legende en de heldhaftige, vroolijke en roemrijke daden van Uilenspiegel en Lamme Goedzak in Vlaanderenland en elders by Charles de Coster

De legende en de heldhaftige, vroolijke en roemrijke daden van Uilenspiegel en Lamme Goedzak in Vlaanderenland en elders

door Charles de Coster

In het Vlaamsch vertaald door Richard Delbecq en René de Clercq

---

KORTE LEVENSBESCHRIJVING VAN CHARLES DE COSTER

Charles-Theodore-Henri De Coster werd geboren te München, den 20n Augustus 1827. Zijn vader was intendant van graaf Charles Mercy d'Argenteau, aartsbisschop van Tyrus.

De eerste levensjaren van De Coster waren gesitueerd in de weelde van het paleis van de aartsbisschop, waar hij geliefkoosd werd door zijn ouders en peetoom. Deze aristocratische opvoeding liet een blijvende indruk na.

Niet lang daarna verhuisde het gezin naar Brussel. Na de geboorte van hun tweede kind stierf zijn vader te Ieperen. Zijn moeder keerde terug naar Brussel met haar kinderen.

Charles ging naar een kostschool in Etterbeek, waar hij zich moest schikken naar de wil van anderen. Na deze periode ging hij naar het Collège Saint-Michel, waar men hoopte dat hij zich aan het priesterschap zou wijden, hoewel hij meer neigde naar dromerijen dan naar studie.

Hij overwoog eerst rechten te gaan studeren, maar een vriend wees hem erop dat rechten en kunst moeilijk te combineren zijn. Met de hulp van beschermers aanvaardde De Coster een functie bij de "Société Générale".

Zijn moeder had een plaatsvervanger geregeld die echter wegliep. Na een korte periode bij het leger, waar hij de plaatsvervanger verving, maakte de jonge bediende gebruik van de gelegenheid om ook te vertrekken. Hij verklaarde dat het ambtenaarsleven hem niet beviel en hij zich een vreemdeling voelde te midden van bureaucraten. Hij stikte in die sfeer en wilde voor zichzelf werken. Zijn literaire roeping won het van zijn andere ambities, en in 1850 ging hij studeren aan de Hoogeschool van Brussel, waar hij het diploma van kandidaat in de letteren behaalde.

De Hoogeschool trok hem echter niet aan. Bij zijn vertrek was hij geen doctor, professor, dagbladschrijver of tooneeldichter, maar wel een kunstenaar.

Hij probeerde bij een dagblad te gaan werken, maar zijn liefde voor het schone weerhield hem ervan "een werktuig te maken van zijn pen".

Daarna begon een periode van tegenspoed en onbegrepen arbeid. In 1856 weigerde hij een functie bij een wijnhandelaar, ondanks dat hem van alles werd aangeboden.

Ondanks zijn moeilijkheden maakte de jonge kunstenaar er toch een eervolle naam in de Franse letterkunde. Naast bijdragen aan kranten en tijdschriften, publiceerde hij in 1856 "Les Frères de la bonne trogne" (Brabantsche legende), in 1857 "Les Légendes flamandes et wallones" (die veel succes oogstten en lovende kritieken kregen van de Franse pers), en in 1861 "Les Contes brabançons".

Zijn peetoom, de aartsbisschop, had hem zijn bescherming onttrokken omdat De Coster ervoor koos in Brussel te studeren in plaats van in Leuven. Hij koos voor Brussel en vond er vrienden, wat een keuze was voor de volledige vrijheid van geest. In 1863 werd hij lid van de Vrije Gedachte van Brussel. Hij bevond zich toen in de bloei van zijn succes en was volkomen vervuld van zijn liefde voor het schone.

Zijn liefde voor het Vlaamse volk dreef hem voort. Samen met zijn vriend, de schilder Dillens, ondernam hij reizen door Zeeland en Vlaanderen. In deze periode ontstond in De Coster's brein het idee voor "De Legende van Uilenspiegel".

"De Legende van Uilenspiegel en Lamme Goedzak", met spanning verwacht, verscheen in 1867 in een prachtige uitgave, versierd met tweeëndertig etsen van negentien getalenteerde kunstenaars.

Drie Franse bladen deelden hun mening over dit werk:

La Liberté, 18 december 1868: "'t Is een heldendicht in proza, waarin het bloed zoo rijkelijk vloeit als het bier. Men zou zeggen een kermis rondom eenen brandstapel".

Le Constitutionnel, 9 december 1868, wijdde drie kolommen aan Uilenspiegel en vergeleek het boek met Goethe's Faust.

Le Corsaire: "'t Is een heldendicht in proza, 't is de verheerlijking van den Vlaamschen geest".

De Franse pers deelde deze mening en drukte haar bewondering uit in lovende artikelen. Busken Huët getuigde: "Hollanders noch Vlamingen bezitten een werk over de XVIe eeuw in Vlaanderen, dat met het meesterwerk van De Coster kan vergeleken worden".

Na Uilenspiegel publiceerde hij nog "Voyage de noce" (1872) en "Le Mariage de Toulet" (1879).

Echter, De Coster, die na het succes van "Les Légendes flamandes" zijn vriendin had verloren, zag zich op 29 juli 1869, toen Uilenspiegel zo gunstig werd ontvangen, ook zijn moeder ontnomen.

Dit verlies trof hem diep in zijn reeds droevige bestaan. De Coster leefde vaak in armoede, ondanks zijn talent en de gunstige ontvangst van zijn werken. Slechte schrijversrechten, karige toelagen en slechtbetaalde lessen moesten hem beschermen tegen ellende. Hij klaagde erover steeds dezelfde strijd te moeten hervatten. In 1870 schreef hij: "Hoewel ik veel gewerkt heb uit lust en uit liefde, begrijp ik, sedert minder dan drie jaar, de schrikverwekkende waarde van het geld en de

You can download, read online, find more details of this full eBook De legende en de heldhaftige, vroolijke en roemrijke daden van Uilenspiegel en Lamme Goedzak in Vlaanderenland en elders by Charles de Coster from

And convert it to the AudioBook with any voice you like in our AI Voice AudioBook app.